“Vanuit Rhenen, waar ik woon, reisde ik de afgelopen twee jaar 4 tot 5 dagen in de week naar de campus in Nijmegen. Ik reed dan met de fiets of de auto naar het station in Kesteren, om daar de trein te nemen naar Nijmegen. Voor het laatste stuk naar de campus pakte ik de bus.
Hoewel de auto me veel vrijheid geeft – zeker naar bestemmingen die moeilijk per ov te bereiken zijn – vind ik het prima reizen met het ov. Natuurlijk, het chillste is een reis in een rechte lijn zonder oponthoud van A naar B. Als ik opstap in Veenendaal in plaats van Kesteren, hoef ik minder over te stappen. Maar dan zit ik wel langer in de auto. En heb ik meer kans op file. En filerijden vind ik verschrikkelijk.”
“Reizen met het ov is ook leuk omdat je nooit alleen reist. Er zijn altijd mensen die ook dezelfde kant opgaan. ’s Morgens is niet altijd iedereen even goed aanspreekbaar, maar op de terugweg is het soms best gezellig in de bus en in de trein. Ik heb lange tijd samen met een meisje uit de richting Elst-Utrecht gereisd. Soms spreek ik af met een vriendin van de zwemclub. In de auto zit je toch altijd maar in je eentje. Inmiddels volg ik stage bij een IT-bedrijf in Den Bosch. Daar ga ik met de auto naartoe. Volgend jaar moet ik weer naar de campus. Dan parkeer ik mijn blauwe bolide met plezier weer op de P+R.”
- Michelle Diepeveen, student Bedrijfskunde HAN
Lees meer over de P+R en het ov als reisoptie naar de campus.